Een nieuwe visie op verdozing

Een nieuwe visie op verdozing
De Tilburgse hoogleraar operaties en logistiek management Jan Fransoo pleit voor deelname van de logistieke sector in de discussie over logistieke vestiging, die verder gaat dan voorkomen van files en verminderen van uitstoot. Hij schrijft op Logistiek,nl: “Een nieuwe visie gaat in op zaken als schaarse ruimte, arbeidsomstandigheden, en stoepoverlast in steden.”
“De logistieke sector moet visionair leiderschap gaan tonen. Zo niet, dan zullen steeds meer professionals die geen enkel zicht hebben op logistieke basiswetten, uitspraken vanuit hun planologen-onderbuik gaan doen. We moeten ons, gelet op de enorme schaarste aan ruimte en te grote aanslag op ons landschap, afvragen of we de Europese markt met XXL-centra nog wel willen bedienen."

De zorg rondom ruimtebenutting noemt Fransoo zeer terecht, maar de discussie hierover wordt zonder de logistieke sector gevoerd. “De sector ‘duikt’ door uitsluitend te wijzen op het economische belang en de wensen van consumenten om steeds sneller beleverd te worden. Dat is niet voldoende om een license-to-operate te behouden. En zonder een nieuwe license to operate wordt de logistieke sector de volgende Tata Steel.”

Uit onderzoek van het Arnhemse adviesbureau Stec Groep blijkt dat 75 procent van de logistieke vestigingen in Nederland nodig zijn voor eigen bevoorrading. Het onderzoek noemt de groei van distributiecentra de komende jaren onontkoombaar, omdat de bezorgeconomie een blijvertje is.

Cees-Jan Pen (lector bij Fontys Hogscholen) vraagt om een visie op logistiek in Nederland, die ook de onhoudbaarheid van de huidige situatie aankaart, duurzaamheid van bedrijventerreinen, kwaliteit en inpassen in het landschap
Pen zei onlangs in een interview met de site Stdszaken: “We moeten er ook serieus aan gaan werken dat nieuwe logistieke centra op bestaande terreinen een plek vinden. We hebben 3500, 3600 bedrijventerreinen in Nederland, waar echt wel ruimte is om die centra te plaatsen. Alleen moet iemand dan de regie nemen, en geld vrijmaken voor verduurzaming en upgraden van bestaande terreinen waarbij er ook weer eens wat wordt gesloopt.”